Veilig voedsel staat bij Farm Frites bovenaan. We zullen er alles aan doen dit te waarborgen. Dit begint bij de bron; de aardappel. Farm Frites maakt gebruik van verschillende systemen om de teelt te controleren en de traceerbaarheid altijd te kunnen borgen.
Farm Frites streeft altijd naar volledige garantie op voedselveilige producten. Wereldwijd behoort iedere teler bij Farm Frites een voedselveiligheidscertificaat in de vorm van Global Gap te hebben. Lokaal wordt er ook met andere voedselveiligheidcertificaten gewerkt. In West-Europa is dat bijvoorbeeld VVA of Vegaplan.
Met een voedselveiligheidscertificaat wordt voldaan aan de wet- en regelgeving van een bepaalde regio of land op het gebied van hygiënische en veilige productie van voedsel. Ieder jaar wordt door een onafhankelijke auditor beoordeeld of een teler voedselveilig verklaard is. Een week voor levering zijn alle telers verplicht een teeltregistratie door te geven zodat bekend is dat er wettelijke gewasbeschermingsmiddelen gebruikt zijn tijdens de teelt.
Alle aardappelen die ingepland zijn voor verwerking, worden voorbemonsterd. Dit wil zeggen dat we al een monster in het veld nemen in de periode dat de aardappels direct van het land naar de fabriek gebracht worden. Het is noodzakelijk dat we de kwaliteit in kaart brengen zodat we precies weten tot welke producten de partij aardappels verwerkt kan worden.
We nemen monsters van aardappelen die worden opgeslagen. Zo weten we precies welke kwaliteit aardappelen in welke schuur ligt. We kijken naar de gemiddelde lengte, grofte, punten (defects) en onderwatergewicht. Deze factoren blijven tijdens het bewaarseizoen constant. Vlak voor levering wordt er nogmaals een monster genomen en wordt ook de bakkleur meegenomen in de beoordeling.
Met het Farm Frites monitoringprogramma worden tijdens de teelt wekelijks alle aardappelpercelen aan de hand van een checklist gecontroleerd. Zo kunnen we vroegtijdig bijsturen op bemesting, beregening en kunnen ziekten en gebreken worden voorkomen.
Voor efficiënt gebruik van water, meststoffen en bestrijdingsmiddelen gebruiken we een breed scala aan moderne technologiemiddelen.
Om het irrigatieprogramma te optimaliseren, controleren we met sensoren de bodemvochtigheid.
Met weerstations in combinatie met DSS (Decision Support System) kunnen we het risico op ziektes beheersen en de hoeveelheid bestrijdingsmiddelen verminderen.
Traceerbaarheid van aardappelen is essentieel. Het programma Crop-R is een perfecte manier om deze traceerbaarheid te waarborgen; doordat telers hun percelen hier invoeren zijn de aardappelpercelen minutieus in kaart gebracht.
De hoeveelheid nutriënten in de bodem, het gewas en de knol controleren we met sensoren. Met deze informatie optimaliseren we de toediening van meststoffen.